03 oktober 2017

Jan Boelen, een soldaat uit Bilzen... Bij de familie Lahaye

We wisten al dat mijn grootmoeder Elisa Lahaye tijdens Wereldoorlog 1 in een vluchtelingenschool in Saint-Ouen verbleef. Ze was daar vanaf juni 1915.

Via Rik Maurissen, lid van Bilisium, de geschiedkundige kring van Bilzen, kregen we onlangs geweldig interessante informatie over Jan Boelen (1889-1955), een korporaal uit Bilzen én over het gezin Lahaye in Wereldoorlog 1.
Het gaat om enkele kaarten, foto's en brieven die Jan Boelen nagelaten heeft. 
In onze eigen familie is er blijkbaar niets bewaard uit die periode en het was mijn nonkel Georges (°1927) ook niet bekend dat er een soldaat uit Bilzen in het gezin Lahaye verbleef. Er waren wel verhalen over soldaten uit Charleroi...
Blijkbaar verbleef soldaat Jan Boelen in de beginperiode van Wereldoorlog 1 (1914-1916) regelmatig in Avekapelle, en had hij op sommige momenten contact met de familie Lahaye, het gezin van mijn grootmoeder Elisa.

Soldaat Jan Boelen met Camiel, Maria en Martha Lahaye (Saffré, 1917)

Avekapelle lag erg kort achter het front. In oktober 1914 komen de eerste Belgische militairen in Avekapelle aan. Jan Boelen (korporaal van het 9de Linieregiment) is volgens zijn dagboek voor het eerst op 18 oktober in het dorp. Zijn laatste vermelding is 8 mei 1916.
In Avekapelle worden soldaten ondergebracht die in de sector Pervijze in de eerste linie hebben gestaan. Maar rustig is het er niet. Avekapelle wordt vanaf het begin van de oorlog zwaar gebombardeerd en er is een groot legerdepot ter hoogte van het station op de lijn naar Diksmuide.
Het 9de Linie had er ook een kampement waar de soldaten in "petit repos" of "kleine rust" konden gaan: enkele dagen recuperatie na een viertal dagen in de loopgraven. Daar heeft hij waarschijnlijk de familie Lahaye leren kennen. Volgens zijn dagboeknotities ging hij er regelmatig op bezoek.
Volgens de informatie van Rik Maurissen hield Jan Boelen zijn dagboekje bij tot in het voorjaar van 1916, de periode waarin hij actief was in de loopgraven. Daarna hield hij op met nota's nemen, maar uit andere documenten weten we dat hij rond die tijd overgeplaatst werd naar het vervoerskorps en ingezet werd als ambulancier.

Het gezin Karel en Sophie Lahaye-Bendel woonde in Avekapelle en had vier kinderen: Martha (°1898), Camiel (°1899), Maria (°1900) en Elisa (°1904).

Elisa, Martha (zittend) en Maria Lahaye (Avekapelle, 1915)

Uit de tekst van de kaartjes en de brieven blijkt dat de relatie tussen de kinderen van het gezin en de jonge soldaat erg vriendschappelijk was. Zij wisselden kaartjes, foto's en brieven uit en hielden zeker tot in 1919 contact. Over de jaren daarna is er geen informatie.

Opvallend is dat ze soldaat Jan regelmatig aanspreken als 'lieve onkel'. Op vraag van vader Karel Lahaye ging 'onkel' Jean zijn jongste dochter Elisa met officiële toelating ophalen in de schoolkolonie in Saint-Ouen. Dat was in januari 1918. De rest van het gezin verbleef dan in Saffré in de buurt van Nantes in Frankrijk (niet ver dus van Bouvron waar de jonge Camille Boucneau met zijn moeder en tante verbleef!). Allicht kon soldaat Jan Boelen, door hem te laten doorgaan als familielid, veel gemakkelijker toelating krijgen om Elisa op te halen in de schoolkolonie. Als militair chauffeur had hij bovendien meer mogelijkheden om zich te verplaatsen dan de burgers en vluchtelingen.

Brief (volmacht) aan 'nonkel' Jan voor het afhalen van Elisa in Saint-Ouen


Interessant is ook een kaartje van Camiel Lahaye van 10 april 1919 (als soldaat) vanuit Buderich in de buurt van Düsseldorf (Duitsland) aan zijn 'beste vriend Jean' die dan in Aken verblijft. Blijkbaar zijn ze na afloop van Wereldoorlog 1 beiden in het bezette Duitsland gekazerneerd. 
Camiel vermeldt ook nog dat zijn ouders diezelfde week vanuit Nantes weer naar Avekapelle zijn vertrokken! Ook Camille Boucneau vertrok begin april 1919 weer naar huis. Allicht werd de terugkeer van Vlaamse oorlogsvluchtelingen vanuit Frankrijk dus vrij strak georganiseerd.
Er is ook een kaartje van 12 april 1919 waarin Martha meldt dat ze goed zijn aangekomen thuis en de brief van Jan goed hebben ontvangen, waardoor ze weten dat hij nog leeft. Blijkbaar hadden ze al een tijd geen post meer van hem ontvangen. Hun huis is blijkbaar ongeschonden uit de oorlog gekomen, 'maar het dorp is een echte verwoesting'.

Elisa Lahaye (waarschijnlijk 1919)
De oudste dochters Martha en Maria gingen na de oorlog snel aan het werk als huisbediende. In mei 1919 werken ze, volgens een kaartje van Elisa aan 'zeer lieve onkel' Jan, dan alle twee in Veurne. Later gingen ze beiden werken bij de adellijke familie de Boesinghe (in Boezinge en in Brussel). Martha (+1960) trouwde met Desiré Errens en ging in Leuven wonen. Maria bleef ongehuwd en stierf in Brussel in 1957. Camiel Lahaye bleef ongehuwd en stierf in Avekapelle in 1963. Elisa Lahaye (+1977) trouwde in 1927 met Camille Boucneau, mijn grootvader.

Jan Boelen werd na de oorlog onderstationschef in het station van Bilzen en overleed in 1955.


(De prachtige foto's van het gezin Lahaye kregen we, samen met een kopie van de andere documenten, van Rik Maurissen, die we hiervoor erg willen bedanken!)